Περνημιꜛ en afgeleiden

Het woord περνημι, dat niet in de Bijbel voorkomt (wel het verwante G4097), betekent (naar het buitenland) verkopenꜛ, speciaal van levende waar. Van dit woord is een rijtje andere woorden afgeleid die wel in het Nieuwe Testament voorkomen, en wel in de eerste plaats πορνος. Dit woord, letterlijk „levendvleesverkoper”, wordt gebruikt voor een (mannelijke) hoer. Van dat woord zijn weer andere woorden afgeleid, met vergelijkbare betekenissen.

In al deze termen is het commerciële aspect leidend: de dienst wordt verricht tegen betaling in geld of natura. Doordat het zo beperkte termen zijn is het nodig andere vormen van seksuele immoraliteit apart te noemen: echtbrekers, knapenschenders, overspelers, schandjongens, ‥

De verdere afgeleide woorden zijn allereerst het vrouwelijk πορνη, en vandaar het werkwoord πορνευωꜛ, prostituerenꜛ, zich veilen, hoererenꜛ.

1 Korinthiërs 10:8a: En laten wij geen hoererij plegen,
Openbaring 2:14: Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat gij daar sommigen hebt, die vasthouden aan de leer van Bileam, die Balak leerde de kinderen Israëls een strik te spannen, dat zij afgodenoffers zouden eten en hoereren.
Openbaring 2:20z: en zij leert en verleidt mijn knechten om te hoereren en afgodenoffers te eten.
Openbaring 18:9: En de koningen der aarde, die met haar gehoereerd hebben en weelderig geweest zijn, zullen over haar wenen en weeklagen, wanneer zij de rook van haar verbranding zien,

Van πορνευω is dan nog afgeleid het zelfstandig naamwoord πορνεια.

In sommige verzen komt meer dan één van deze woorden voor.

1 Korinthiërs 6:18: Vliedt de hoererij. Elke andere zonde, die een mens doet, gaat buiten zijn eigen lichaam om. Maar door hoererij bezondigt men zich aan zijn eigen lichaam.; (Letterlijk: De hoererende echter tot het eigen lichaam zondigt.)
Openbaring 17:2: met wie de koningen der aarde gehoereerd hebben, en zij, die op de aarde wonen, zijn dronken geworden van de wijn harer hoererij.
Openbaring 18:3: omdat van de wijn van de hartstocht harer hoererij al de volken gedronken hebben en de koningen der aarde met haar gehoereerd hebben en de kooplieden der aarde rijk geworden zijn uit de macht harer weelderigheid.
Openbaring 19:2m: want Hij heeft de grote hoer geoordeeld, die de aarde met haar hoererij verdierf,