Het evangelie

Het evangelie is het evangelie van God, van Jezus.

Marcus 1:1
Begin van het Evangelie van Jezus Christus.
Marcus 1:14
En nadat Johannes was overgeleverd, ging Jezus naar Galilea om het evangelie Gods te prediken,
Handelingen 17:18
En ook enige van de Epikureïsche en Stoicijnse wijsgeren twistten met hem en sommigen zeiden: Wat zou die betweter willen beweren? Maar anderen: Hij schijnt een verkondiger van vreemde goden te zijn; want hij bracht het evangelie van Jezus en van de opstanding.
Handelingen 20:24
Maar ik tel mijn leven niet en acht het niet kostbaar voor mijzelf, als ik slechts mijn loopbaan mag ten einde brengen en de bediening, die ik van de Here Jezus ontvangen heb om het evangelie der genade Gods te betuigen.
Romeinen 1:1
Paulus, een dienstknecht van Christus Jezus, een geroepen apostel, afgezonderd tot verkondiging van het evangelie van God,
Romeinen 1:9
Want God, die ik met mijn geest dien in het evangelie van zijn Zoon, is mijn getuige, hoe ik onophoudelijk te allen tijde bij mijn gebeden uwer gedenk,
Romeinen 15:16
om een dienaar van Christus Jezus voor de heidenen te zijn in de heilige dienst van het evangelie Gods, opdat de offergave der heidenen (Gode) welgevallig zou wezen, geheiligd door de heilige Geest.
Romeinen 15:19z
Zo heb ik, van Jeruzalem uit rondreizende tot Illyrie toe, de prediking van het Evangelie van Christus volbracht.
Romeinen 16:25
Hem nu, die bij machte is u te versterken (naar mijn evangelie en de prediking van Jezus Christus, naar de openbaring van het geheimenis, eeuwenlang verzwegen,

Het evangelie behelst twee zaken: het Koninkrijk Gods en de naam van Jezus.

Handelingen 8:12
Toen zij echter geloof schonken aan Filippus, die het evangelie van het Koninkrijk Gods en van de naam van Jezus Christus predikte, lieten zij zich dopen, zowel mannen als vrouwen.

Het Koninkrijk.

Mattheüs 4:23
En Hij trok rond in geheel Galilea en leerde in hun synagogen en verkondigde het evangelie van het Koninkrijk en genas alle ziekte en alle kwaal onder het volk.
Mattheüs 9:35
En Jezus ging alle steden en dorpen langs en leerde in hun synagogen en verkondigde het evangelie van het Koninkrijk en genas alle ziekte en alle kwaal.
Mattheüs 24:14
En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn.
Lukas 4:43
Maar Hij sprak tot hen: Ook aan de andere steden moet Ik het evangelie van het Koninkrijk Gods verkondigen, want daartoe ben Ik uitgezonden.
Lukas 8:1
En het geschiedde kort daarna, dat Hij van stad tot stad en van dorp tot dorp trok, verkondigende het evangelie van het Koninkrijk Gods, en de twaalven met Hem,
Lukas 16:16
De wet en de profeten gaan tot Johannes; sinds die tijd wordt het evangelie gepredikt van het Koninkrijk Gods en ieder dringt zich erin.

De naam, de identiteit van Jezus.

Handelingen 5:42z
en verkondigden het evangelie, dat de Christus Jezus is.