Doorꜛ
Door (bij werkwoorden in de lijdende vorm)
- Ὑπο + genitivusꜛ
- De bron van de handeling, de eerste oorzaak.
- Δια + genitivusꜛ
- De handelende persoon.
- Εν + dativusꜛ, of alleen een dativus
- Het (levende of levenloze) instrument.
- (niets)
- De handelende persoon wordt vaak ongenoemd gelaten als dit God is.
Een voorbeeld van dit laatste.
- 2 Petrus 3:10z
- en de aarde en de werken daarop zullen gevonden worden.
- (Dat wil zeggen: God zal ze wel vinden.)