Precisering

Het woord „bewustzijn” wordt op allerlei wijzen gebruikt, en het is goed hier een duidelijk onderscheid te maken tussen twee hoofdbetekenissen.

virtueel bewustzijn
Hieronder verstaan we alles wat er „van buiten af” als bewust uitziet — alles wat ons zou kunnen doen concluderen dat een ander dan onszelf bewustzijn bezat. Misschien moeten we een mens, dier of robot ontleden om in diens hersenen te kijken, als wat we daar zien ons doet besluiten tot de aanwezigheid van bewustzijn is dat virtueel bewustzijn.
reëel bewustzijn
Hieronder verstaan we onze ervaring van bewustzijn. Dit is een niet-deelbare ervaring, die voor anderen ontoegankelijk is. Hooguit kan iemand zich herkennen in de beschrijving van die ervaring die een ander geeft.

(Het woord „virtueel” betekent „de deugden hebbend van”. Zo heeft virtueel geheugen de deugden, de binnen de context relevante eigenschappen, van reëel geheugen, maar we weten niet of het ook reëel geheugen is.)

In navolging van David Chalmers noemen wijsgeren het verklaren van virtueel bewustzijn een licht probleem en het verklaren van reëel bewustzijn een zwaar probleem. Dat wil niet zeggen dat het verklaren van virtueel bewustzijn eenvoudig is, maar wel dat het wellicht mogelijk lijkt virtueel bewustzijn te reduceren tot natuurkundige structuren en processen. De cognitieve wetenschap houdt zich bezig met dit lichte probleem.

((Nog te doen.))

Ik heb de wat ongewone eigenschap dat mijn hongergevoel slecht ontwikkeld is. Mijn maag kan knorren, maar ik heb daarbij niet gauw de beleving van honger. Toch gedraagt mijn lichaam zich wel zo — zo zal ik, als mijn maag leeg is, eerder, zonder bewust na te denken, iets te eten pakken. Blijkbaar is bewustzijn van mijn honger niet nodig om mij op de juiste wijze te laten reageren.

Veel mensen hebben wel eens de ervaring gehad dat ze geheel op de automatische piloot een gesprek voerden, of naar huis reden. Ook hier is blijkbaar bewustzijn niet nodig bij het regelen van ons gedrag. We zouden ons zelfs een wijsgerige zombie kunnen voorstellen: een persoon die zich precies zo gedraagt als andere personen, alleen zonder bewustzijn te hebben. Zo'n zombie zou zelfs een discussie over het bestaan van bewustzijn kunnen voeren — en de vraag is dan natuurlijk of zij zou beweren bewustzijn te hebben of niet. Wat zou ikzelf antwoorden als men mij tijdens zo'n gesprek-op-de-automatische-piloot zou vragen of ik mij van dat gesprek bewust was?

Men zou zich iemand kunnen voorstellen die steeds verstrooider werd, maar op de automatische piloot correct bleef handelen. Uiteindelijk was ze met haar gedachten nooit meer bij wat ze deed; ze was zich er niet van bewust als ze zich pijn deed, en zo voort. Wel bleef ze haar hand terugtrekken en de blaar verzorgen als ze zich brandde. Daarmee is ze een virtuele zombie geworden.